Hebban olla vogala… en alles wat je over onze taal moet weten.

Waar komt onze taal vandaan en wat was het eerste zinnetje? Waarom lijken het Engels en het Duits zoveel op het Nederlands? Hoe is het Nederlands in Zuid-Afrika beland? Misschien heb je daar nog nooit over nagedacht of misschien is dit het grote mysterie waar je al vaak van wakker hebt gelegen. Bij welke groep je ook hoort, er is één boek dat je gewoon moet lezen en dat is De bromvliegzwaan van Arend van Dam.

In de Bromvliegzwaan vertelt Arend van Dam op een eenvoudige en heldere manier over de geschiedenis van onze taal. Luchtige informatieve blokken worden afgewisseld met leuke verhalen die je helpen een beeld te vormen van de theorie. Zo kwam ik te weten dat Hebban olla vogala … lang beschouwd werd als de eerste zin ooit in het Nederlands, maar dat onderzoekers daar nu aan twijfelen. Het liefdesverhaal dat bij dit hoofdstuk hoort, zorgt er tegelijk voor dat ik dit belangrijk zinnetje en zijn vertaling naar het moderne Nederlands niet snel zal vergeten.

In het boek ga je ook mee op reis met het Nederlands. Van grottekeningen naar een gezamenlijke oertaal die zich steeds verder opsplitste tot de vorm van Nederlands die we vandaag kennen. Tegelijk is er in de geschiedenis ook een tegenovergestelde beweging geweest. Handelaren en kolonisten verspreidden op hun beurt het Nederlands weer naar andere gebieden zoals Zuid-Afrika, Suriname, … . Om het met een zinnetje uit het boek te zeggen:

Wie de baas is, bepaalt de taal.

Arend Van Dam

De illustraties in het boek gemaakt door Anne Stalinksy verdienen ook een pluim. Ze zijn heel erg grappig en maken het boek toegankelijker voor de doelgroep. Het boek wordt er luchtiger en duidelijker door. Door beelden aan de theorie te plakken en deze beelden ook letterlijk uit te tekenen, blijft de inhoud beter hangen. Als mama en leerkracht ben ik blij met de illustraties omdat ze het boek aantrekkelijker maken en zo is mijn taak om de kinderen te overtuigen dit boek te lezen een stuk makkelijker. Sterker nog, de tekening op de voorkant van het boek is zo uitnodigend dat mijn zonen er spontaan al aan wilden beginnen.

Wist je dat…

… grottekeningen het eerste bewijs zijn van de aanwezigheid van een taal tussen mensen?

… je het gebied van Broca niet in een atlas zal vinden, maar wel in je hersenen?

… Sinterklaas en Santa Claus oorspronkelijk twee dezelfde kinderhelden zijn?

… Siroppu Japans is voor siroop? … er in het Japan nog meer woorden zijn die uit het Nederlands komen?

… 24 miljoen mensen Nederlands als voertaal hebben? … we zo op de 40ste plek staan op de wereldranglijst?

Antwoordde je vooral “nee” op bovenstaande vragen? Aarzel dan niet om De bromvliegzwaan te lezen en blaas zo anderen omver met boeiende weetjes over onze taal. Ohja, nog een goede tip: sommige onderwerpen uit het boek moet je later ook echt kennen. Toen ik gisteren een les over literatuurgeschiedenis volgde, klonk het verhaal van de docent mij toch wel heel bekend in de oren. Dat was heel logisch, want ik had de Bromvliegzwaan de week ervoor uitgelezen.

Als laatste richt ik nog even een dankwoordje aan mijn goede vriendin Maartje. Zij heeft me gewezen op dit boek en was zo lief om het me even te lenen. Daarnaast is ze ook een grote inspiratiebron en een voorbeeld van hoe een leerkracht hoort te zijn. Dus bij deze “Dankjewel Maartje!”

5 reacties

Plaats een reactie